Column: Tussenkopjes

Tussenkopjes

 

Ik weet niet waar het is fout gegaan tussen mij en de tussenkopjes. Nog niet zo lang geleden waren we de allerbeste vrienden. Er was geen auteursvergadering waar ik niet riep: “En tussenkopjes!” Logisch, want tussenkopjes zijn de wegwijzers in een tekst, de uithangborden van een webpagina, de stapstenen die leesschuwe leerlingen helpen elke woordenstroom over te steken. Ik maakte er een sport van om de spannendste, grappigste, de lading het meest dekkende tussenkopjes te verzinnen. Maar nu is de liefde dus bekoeld. In elk geval van mijn kant. Ik weet natuurlijk niet hoe de tussenkopjes erover denken.

 

Misschien kwam het door de sleur: ‘Wéér een tussenkopje’. Misschien doordat in schoolboeken een nieuwe alinea tegenwoordig algauw een nieuwe paragraaf is, waar sowieso een titel boven moet. Misschien doordat ik veel meer informatieve kinderboeken ben gaan lezen, waarvan de meeste nog steeds grossieren in tussenkopjes. Vaak geheel terecht, maar soms ook nogal plichtmatig. En dan ontpoppen die tussenkopjes zich ineens als lukraak neergelegde drempels die het lezen van een tekst juist belemmeren. Je merkt het vanzelf als je over een ongetwijfeld goedbedoeld tussenkopje struikelt tijdens het voorlezen.

 

Maar hoe moet het dan wel? Dat had een mooi tussenkopje kunnen zijn boven deze alinea. Maar op de een of andere manier vind ik het tegenwoordig fijner om na elke alinea of elk tekstblok gewoon een witregel in te bouwen. Dat leest veel lekkerder door en ziet er toch behapbaar uit. Al zal niet elke naar stapstenen snakkende lezer me dat in dank afnemen. Daarom heb ik op een educatieve website die ongeveer nu wordt gelanceerd niet alleen witregels gebruikt, maar ook in elke alinea een kenmerkend of prikkelend woord vetgemaakt. Als een soort undercover tussenkopje.

Ga hier terug naar de homepage.

Wat zoek je?